Drie jaar geleden trokken carnavalsverenigingen uit
Meierijstad al eens aan de bel. Het is steeds moeilijker om goede bouwlocaties
te vinden voor praalwagens. En juist het bouwen aan die praalwagens is iets wat
voor veel verenigingen een drijfveer en verbindende activiteit is in aanloop
naar het hoogtepunt van carnaval: de vier dagen waarin vol trots de wagen aan
het publiek wordt getoond.
Reden genoeg om in 2019 als VVD samen met de fractie van
Hart een motie in te dienen. De motie werd met uitzondering van Gemeentebelang
door de volledige raad aangenomen. Het College pakte de bal op en informeerde
ons met een uitgebreide informatiebrief. Onderdeel hiervan was een overleg met
verenigingen over bijvoorbeeld een tijdelijke bouwlocatie of ontheffingsgrond
voor een nishut (een boogvormige loods).
Nu we bijna drie jaar verder zijn heeft carnavalsvereniging
De Plèkkers uit Schijndel zo’n ontheffing aangevraagd. Vooralsnog is dit
verzoek echter afgewezen. Met dank aan collega raadslid Lambèr Gevers van Hart
trekken Hart en VVD nu weer samen op en hebben we technische vragen gesteld
naar de redenen om niet mee te werken aan een dergelijke ontheffing. Graag
horen we van het college wat de belemmeringen zijn en of we op andere manieren
kunnen meewerken.
Kortom: het mag duidelijk zijn dat het vinden van goede
bouwlocaties een structureel probleem is voor verenigingen in Meierijstad.
Laten we hopen dat na twee jaar waarin het carnavalsfeest het toch al enorm
moeilijk heeft gehad vanwege de coronapandemie, er in 2023 weer prachtige
praalwagens door onze dorpen trekken.